Mineralen zijn van groot belang voor de weerstand en gezondheid van rundvee, Vooral ook jongvee heeft voldoende mineralen nodig om goed te groeien. Denk daarbij aan calcium en fosfor (voor de botontwikkeling) en koper (voor een gezonde stofwisseling en groei). Pasgeboren kalveren zijn overigens geheel afhankelijk van de kopervoorziening van de drachtige koe. Koper wordt in de lever opgeslagen en er zit bijna geen koper in melk, kalfjes zijn dus afhankelijk van de hoeveelheid koper, die ze tijdens de dracht van de moeder meekrijgen.
Droge koeien hebben weinig calcium nodig, teveel calcium zorgt ervoor dat de calciumstofwisseling verzadigd raakt. Wanneer de koe dan kalft en veel melk gaat produceren (ineens) kan het lichaam niet snel genoeg calcium vrijmaken of maximaal via de darm uit het voer opnemen met als gevolg: melkziekte.
Magnesium kan een positieve bijdrage leveren aan de calciumstofwisseling. Dit zorgt er namelijk voor dat een overmaat aan calcium wordt uitgescheiden en zo de stofwisseling maximaal blijft draaien en het lichaam wel in staat is te reageren op een verhoogde vraag naar calcium. Belangrijk is daarbij wel dat de verse koe direct na afkalven goed gaat eten. Zorg daarom voor vers en smakelijk ruwvoer en onbeperkt vers drinkwater.
Wat in het weideseizoen ook weer meer voorkomt is kopziekte. Dit is het gevolg van een magnesiumtekort. Eiwitrijk gras of grasland met een hoge kaliumgehalte in het gewas (vaak door flinke bemesting) remmen de opname van magnesium in de darm.
Selenium (vaak in 1 adem genoemd met vitamine E) speelt een rol bij de vitaliteit van pasgeboren kalveren en de afweer van koeien. Een tekort aan selenium kan er voor zorgen dat koeien sneller en vaker mastitis ontwikkelen of een baarmoederontsteking krijgen.
Mineralentekorten geven vaak geen duidelijk ziektebeeld. “De koeien doen het niet goed”, de productie valt tegen, slappe kalveren, teveel mastitis en/of baarmoederontstekingen of witvuilers. Als er dus problemen zijn waar de vinger niet goed op valt te leggen, kan het zinvol zijn om eens te overleggen en samen naar het rantsoen te kijken en via bloedonderzoek de mineralenstatus van uw vee te bepalen. Vooral bij dag en nacht weidegang van bijvoorbeeld jongvee is het essentieel om mineralen bij te voeren.
Mineralen zijn op meerdere manieren aan te vullen. Via het krachtvoer, zakken met poeder over of door het voer, likstenen en bolussen. Alleen met deze laatste bent u er van verzekerd dat elk individueel dier op elk moment de juiste hoeveelheid mineralen tot zijn beschikking heeft.
Tip:
Binnenkort gaat u weer de nieuwe kuilen laten “steken” om onder andere het VEM-, suiker- en eiwitgehalte te laten bepalen. Vergeet daarbij ook niet de mineralen en spoorelementen te laten onderzoeken. Dit geeft zeer nuttige informatie, waardoor u uw rantsoen kunt optimaliseren. Want misschien voert u wel teveel mineralen bij!