BRON: BOERDERIJ
Wezep – De melkveesector heeft afgesproken dat melkveehouders, behalve de verplichte verdoving bij onthoornen van kalveren, ook pijnbestrijding toepassen die de napijn als gevolg van de behandeling verminderd. Dat zegt Toon van Hoof van LTO Melkveehouderij.
De toezegging geeft de sector tijd om zich te richten op het voorkomen van de ingreep, vooral door een goed fokprogramma voor hoornloze stieren op te zetten. Want nu is het genetisch niveau van deze groep – met name bij zwartbont – nog te laag, zo stelt Van Hoof.
Hoeveel tijd de sector krijgt is niet duidelijk. In eerste instantie was 2020 genoemd als het jaar waarin onthoornen verboden zou worden. Dat is nu omgezet in ‘voorlopig toegestaan’ mits de sector progressie toont in het fokprogramma en als het zich aan de belofte houdt om pijnbestrijding toe te passen.
Gezien het toenemende aantal jonge stieren dat het hoornloze gen draagt, lijkt het duidelijk de KI-organisaties het gen voor hoornloosheid in een acceptabel tempo kunnen infokken. Zo geeft CRV aan dat ze ook op hoornloos selecteren om daar stieren op een hoger niveau en op brede schaal kunnen aanbieden. En als de sector zich via de bedrijfsgezondheidsplannen committeert aan bestrijding van napijn, dan is aan de voorwaarden voor uitstel van het verbod voldaan.
De maatschappelijke druk blijft. Sjoerd van der Wouw van Wakker Dier vindt de stappen naar pijnbestrijding en hoornloos fokken een goede ontwikkeling. “Want onthoornen is een pijnlijke ingreep waar zo snel mogelijk een eind aan moet komen.” Hij vult aan dat de sector niet uit het oog moet verliezen dat onthoornen eigenlijk symptoombestrijding is. “Want de stallen bieden te weinig ruimte voor goed vluchtgedrag waardoor er sneller en meer rangorde gevechten zijn. Die gevechten komen minder vaak voor als bijvoorbeeld de kudde in de wei loopt.” Van der Wouw stelt dat nu de koe nog steeds aangepast wordt aan zijn omgeving. Beter is om de dieren gehoornd te laten en een huisvesting creĆ«ren die het natuurlijk gedrag van de koeien toelaat. De gangbare veehouderij kan daar nog veel leren van de biologisch-dynamische Demeter-bedrijven, zo vindt Van der Wouw.
Wijnand Hogenkamp