Beste melkveehouder,
De eerste maanden van het jaar 2014 zijn alweer voorbij. Tijdens deze maanden zijn er een groot aantal bedrijfgezondheidsplannen en bedrijfsbehandelplannen ingevuld. Tijdens het invullen van deze plannen komen wij grote spreiding tegen op bijvoorbeeld het gebied van uiergezondheid. Het percentage klinische mastitis (aantal behandelde gevallen) loopt uiteen van 10% tot zelfs 40% per bedrijf.
Uierontsteking is niet alleen slecht voor het imago van de melkveehouderij maar brengt ook forse kosten met zich mee. Per behandeld geval moet men rekenen op 225 euro. Naast deze kosten draagt uierontsteking negatief bij aan het werkplezier van de veehouder.
Uierontsteking is een complexe ziekte, maar begint altijd met infectie van de uier door een bacterie. Een bacterie loopt niet de speen binnen maar groeit naar binnen. Een eerste vereiste voor infectie is dus een open slotgat. Het lichaam zal proberen de bacterie op te ruimen door middel van een ontstekingsreactie van het lichaam zelf. Voordat er behandeld wordt is het verstandig om een monster te nemen van het aangedane kwartier zodat onderzocht kan worden met welke bacterie we te maken hebben en wat de gevoeligheid van deze bacterie is wat betreft antibiotica. Daarnaast geeft het informatie over de op het bedrijf aanwezige kiemen en wordt de dossieropbouw gegarandeerd.
De infectie (bacterie) is te bestrijden met antibiotica. Of deze antibiotica de bacterie remt/dood is afhankelijk van de gevoeligheid van de bacterie. De ontstekingsreactie van de uier levert meestal de grootste problemen op. Ontsteking heeft als kenmerken: koorts, pijnlijkheid, zwelling en functieverlies. Een veel gehoorde klacht is dat de uierinjectoren niet helpen omdat er nog steeds afwijkende melk uit het aangedane kwartier komt. Vaak is in dergelijke gevallen de bacterie wel verdwenen, maar heb je te maken met een restreactie van de uier. Om dit te voorkomen is de directe inzet van ontstekingsremmers (pijnstillers/koortsremmers) van groot belang. Daarnaast blijft het allerbelangrijkst het meerdere malen per dag uitmelken van de uier. Eventueel gebruik van uiermint werkt positief op het herstel van de uier.
Om het effect van de therapie te evalueren is het verstandig om het celgetal de monsteringen na het doormaken van de uierontsteking in de gaten te houden. Blijft dit hoog dan is de koe niet genezen. Er kan voor gekozen worden de koe nogmaals tijdens de lactatie te behandelen. Een volgende kans is de koe in de droogstand te genezen. Interessant voor u als veehouder is om de droogstandskengetallen uit te rekenen. Dit zijn twee getallen: het genezingspercentage en het percentage nieuwe infecties in de droogstand. Deze getallen kunt u in de volgende tabel berekenen.
1 | Aantal koeien laag in — laag uit | ||
2 | Aantal koeien laag in – hoog uit | ||
3 | Aantal koeien hoog in – laag uit | ||
4 | Aantal koeien hoog in – hoog uit | ||
genezinspercentage | (2/ (1+2))*100 | ||
%-nieuwe infecties | (3/(3+4))*100 |
Het streven is om een genezingspercentage te halen van 80% of hoger, voor het percentage nieuwe infecties geldt een norm van 10% of lager. Wijken uw kengetallen af dan is er verbetering van de droogstand mogelijk. Neem contact op met de dierenartsenpraktijk om een volledige analyse uit te laten voeren van uw uiergezondheid. Wij maken dan een rapport waarin de riscofactoren benoemd worden en stellen een plan van aanpak op om tot een verbetering van de uiergezondheid op uw bedrijf te komen.